Social Finance NL heeft als missie om kapitaal en talent te mobiliseren voor maatschappelijke impact. Juist nu en na deze coronacrisis is het belangrijk dat we ons meer gaan richten op maatschappelijke waarde. In een serie artikelen neemt Björn Vennema je graag mee in onze visie hierop voor de samenleving als geheel en in verschillende domeinen. In deel 3 staat preventie centraal.

Een aantal jaar geleden zag ik in een presentatie van Social Finance UK-oprichter Toby Eccles een variant op deze cyclus langskomen. Een neerwaartse spiraal waarbij iedere kleine of grote crisis minder ruimte overlaat voor preventie. Een pijnlijke, maar harde les. Op dit moment zitten we in een grote crisis die veel vraagt van onze maatschappij. Maar het is van belang dat we niet de structurele problemen vergeten en voorkomen dat we na een langdurige crisis nog verder wegzakken in de neerwaartse spiraal. Daarom is het noodzakelijk dat we focus blijven houden op langetermijnimpact en inzetten op preventie. Echter worstelt preventie met drie structurele uitdagingen: crises, tijd en complexiteit.


Crises
De cyclus is voor velen bekend en speelt ook zonder de coronacrisis al jaren. Er ontstaat een schandaal of probleem, als we pech (of mazzel?) hebben wordt dat publiek en moet op korte termijn een oplossing gevonden worden. De oplossing zit vaak in het vrijmaken van meer budget, zodat het probleem aangepakt kan worden. Dat is mooi, maar een gemeente heeft geen oneindig budget, dus dat geld moet ergens vandaan komen. En dat gaat doorgaans als eerste ten koste van budget voor andere, minder urgente vraagstukken. Maar minder regulier budget vergroot de kans op een nieuwe crisis. En zo begint de cyclus opnieuw. Langzaam glijden we verder de spiraal in en bewegen we nog slechts van crisis naar crisis, in plaats van naar lange termijnoplossingen en preventie.

Tijd

Preventie kampt met een tweede probleem: tijd. Zelfs als er geen crisis is, is er geen urgentie. Wanneer we naar de aloude Eisenhower Matrix kijken vallen activiteiten op het gebied van preventie veelal onder de categorie belangrijk, maar niet urgent. En in de dynamische wereld waarin we leven zijn er schijnbaar altijd urgentere vraagstukken die sneller resultaat opleveren dan langetermijnoplossingen. Een ‘quick win’ staat goed en kan binnen een beleidsperiode gerealiseerd worden. Preventie vraagt echter investeringen die pas in de jaren erna vruchten moeten gaan afwerpen. Dus geen kortetermijneffecten én hogere kosten op de begroting. Maar in de toekomst hebben we daar met zijn allen juist heel veel profijt van. Helaas weegt dat dus vaak niet op tegen die ‘quick wins’. Bovendien zit de beleidsbepaler die de begroting moet maken er dan wellicht helemaal niet meer.

Complexiteit
Ten slotte complexiteit. Reactieve interventies hebben een duidelijke eigenaar: wanneer iemand psychische klachten heeft, zetten we in op behandeling daarvan en wanneer er veel schuldenproblematiek is, gaan we daar interventies voor financieren om de schulden te verminderen. Daarmee lossen we een maatschappelijk probleem op en worden er kosten verlaagd. Als we inzetten op preventie zijn die effecten onduidelijker. Want hoeveel schulden en kosten worden er voorkomen bij preventie van diabetes type 2? Dan hebben we het vooral over een minder grote stijging van de kosten, maar hoe hou je daar rekening mee in de begroting? Preventie vraagt vaak een veel bredere blik, die helemaal niet gebonden is aan het probleem zelf. Zo is het verminderen van voortijdig schooluitval een belangrijke preventiemaatregel voor het verminderen van jeugdwerkloosheid. Echter zijn onderwijs en werk vaak afgescheiden beleidsterreinen die niet bij elkaar komen. Daar zit dan ook een deel van de oplossing.

We hebben ondernemerschap nodig
Het overkomen van de uitdagingen vraagt ondernemerschap en creativiteit, maar ook geduldige financiering. De oplossing zit niet in het reguliere aanbod, maar vraagt om vernieuwing. Van sociaal ondernemers, maar ook van bestaande aanbieders in het veld die creatieve oplossingen ontwikkelen waar mensen centraal staan en ruimte is geboden voor flexibiliteit. Zonder vast te zitten aan bestaande kaders, beleidsterreinen of schotten in de financiering. Kortom, er is maatwerk nodig, zoals ook al door de landelijke werkgroep Sociale Impact werd opgemerkt. Alleen op die manier kunnen we de onderliggende uitdagingen adresseren die op termijn grotere problemen voorkomen.

Overheid en private investeerders: sla handen ineen
Maar het vraagt ook een andere manier van financiering, die minder gevoelig is voor kortetermijnprikkels. Daarom zou ik de overheid willen uitdagen om de handen ineen te slaan met private investeerders. Deze zijn gewend om langere tijd te investeren in groei en later rendement. Wanneer de overheid bereid is om de bespaarde kosten van preventie (deels) uit te betalen aan deze investeerders, ontstaat ook nog eens een heel aantrekkelijk businessmodel waarbij iedereen wint: de overheid, de financiers, de ondernemers, maar vooral de maatschappij. Daarmee gaan we niet een nieuwe coronacrisis voorkomen, maar kunnen we de maatschappelijke gevolgen van een crisis beperken en zorgen dat na corona de blik op een positieve toekomst gericht blijft.

Lees ook deel 1 en deel 2 in deze reeks over maatschappelijke waarde in en na de corona crisis