Mooie verbindende woorden van podcastcast Bernt Schneiders. Hij draagt al jaren bij aan actief burgerschap en sociale cohesie. Zo was hij jarenlang burgemeester van onder andere de gemeente Haarlem en is hij nu directeur van het VSBfonds. Ook weet hij nog tijd over te houden voor meerdere besturen en is hij nog altijd actief in Haarlem als voorzitter van het Bevrijdingspop en de Voedselbank Haarlem. We laten ons inspireren door zijn kennis op het gebied van maatschappelijke impact op gemeente- en buurtniveau en zoomen in op het lokale karakter van investeren in sociale impact.

Meten = verbeteren

Bernt heeft zich vanuit verschillende rollen ingezet voor maatschappelijke impact. We zijn daarom benieuwd of de meeste impact te maken valt als directeur van een fonds of als burgemeester. In zijn opvattingheb je als burgemeester het meeste impact op besluitvorming, maar als het gaat om het toekennen van middelen, dan is de directeur van een vermogensfonds effectiever. Daarnaast legt Bernt uit dat hij zich met het VSBfonds ook veel meer bezighoudt met het meten van impact. Bernt ziet daar veel voordelen in, want het geeft meer houvast om echt te proberen de goede dingen te doen, vindt hij. Voor fondsen is het meten van impact geen nieuws meer, maar bij de overheid moet hier nog een grote slag geslagen worden. Burgemeesters kunnen hier een rol in spelen: “Er moeten talloze financiële afwegingen gemaakt worden binnen de overheid en er is altijd geld tekort. Het meten van impact zorgt ervoor dat er efficiëntere keuzes gemaakt worden, waardoor het maatschappelijke effect wordt vergroot.”

Meer samenwerking, meer impact

Naast het meten van maatschappelijke impact, is de samenwerking tussen gemeenten en andere financierders in de regio belangrijk voor het maken van impact op lokaal niveau. En dat gebeurt nog veel te weinig volgens Bernt. Dat belemmert de continuïteit van projecten in een buurt. “Op een gegeven moment is een investering in een project via de gemeente volledig verbruikt. Als bedrijven in de regio dit vervolgens niet oppakken, zie je dat projecten doodbloeden.” Voor sociale projecten is het moeilijk om mensen te interesseren, legt Bernt uit. Een van de redenen is dat financierders vaak niet zo lokaal betrokken zijn bij hun omgeving of te weinig zeggenschap voorzien in bestaande, lokale projecten. Toch zie je wel veel kleinschalige betrokkenheid onder burgers in de vorm van tijd en persoonlijke inzet. Maar hier gaat het meer om het delen van netwerken en expertise, dan om financiële middelen.

Bestcase of worstcase?

Maar hoe kunnen financierders meer betrokken worden bij lokale projecten? Het opstellen van een goede businesscase voor sociale en culturele projecten is van belang om financierders, zoals het VSBfonds, aan te trekken. Met het VSBfonds draagt Bernt bij aan het versterken van actief burgerschap en sociale cohesie in Nederland. Maar in werkelijkheid blijft investeren in actief burgerschap volgens Bernt meer een gok. “Je moet natuurlijk altijd kijken naar de kwaliteit van de aanvrager, van het idee, van het trackrecorden de gerechtvaardigdheid van de verwachtingen over de impact op de maatschappij. Maar de risico’s compleet mee wegnemen kan natuurlijk nooit. Soms heb je natuurlijk ook enorme bloopers en dan is het geld weg.” Dat is jammer, maar volgens Bernt kun je met een goede Raad van Toezicht die accepteert dat het ook weleens misgaat als fonds dus best wat uitproberen.

Een vermogen om te geven

Tot slot vragen we Bernt of het gunstiger is om investeringskeuzes meer te richten op rendement in plaats van sociale impact, om vervolgens met dit rendement financiële impact te maken. Het VSBfonds doet dit via een samenwerkingsverband met de Koninklijke Nederlandsche Heidemaatschappij (KNHM), waar ze vooral investeren in reguliere bedrijven. Met het rendement uit het vermogen kunnen ze geld weggeven. Bernt sluit niet uit dat het VSBfonds dit in de toekomst zelf zal investeren in plaats van via het KNHM. Zodoende kan een fonds reguliere bedrijven sturen richting een meer maatschappelijke impactvolle bedrijfsvoering. Bernt adviseert dan ook om als organisatie vraag-gestuurd en maatschappelijk goed verankerd te zijn. “Blijf dichtbij en blijf in gesprek met de partijen die jouw doelstellingen kunnen verwezenlijken. Dat vergt een gelijkwaardige houding en niet top-down met geld rondstrooien, maar samen bekijken hoe je maatschappelijke impact kunt bereiken.” Want, in de woorden van Bernt: samenwerking en samenhang tussen burgers leidt tot een krachtige samenleving!

Luister hier de podcast