En bij het systeem dat we in onze maatschappij gecreëerd hebben. Zo concludeert podcastgast Kees Klomp. Hij zet zich als lector, schrijver, spreker en ondernemer in voor de betekeniseconomie: een economie die verbonden is met het algemene levensbestaan (de ecologie) en het persoonlijke levensbestaan. Dit gaat uit van de universele intrinsieke behoefte die ieder mens heeft om van betekenis te zijn. Daarvoor is niet alleen een andere kijk op en benadering van de economie nodig, maar ook intrinsieke motivatie speelt een belangrijke rol. Dat begint bij het onderwijs en wat we de jongere generatie leren over economie.

Volgens Kees wordt de economie nog te veel benaderd vanuit het neoklassieke denkbeeld, waarbij vooral uitgegaan wordt van materiele zaken en welvaart. De mens wordt gezien als allemaal rationeel opererende wezens die louter uit zijn op eigenbelang en dat via de markt weten te bevredigen. Ook in het onderwijs wordt deze benadering min of meer als dé waarheid gepresenteerd, terwijl een pluralistische kijk op economie veel logischer is gezien de huidige problemen waar we in de maatschappij tegenaan lopen. Zaken als klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en sociale ongelijkheid vragen om ontwerp ideeën van mensen die misschien wel buiten het huidige economische discours vallen, maar wel met de juiste oplossingen komen. Om die nuance aan te brengen, schreef Kees het onderwijsboek ‘De Betekeniseconomie’.

Als de bij uitsterft, sterft de mens ook uit

Welvaart, welbevinden en welzijn worden in deze neoklassieke economische benadering veel te afhankelijk gemaakt van materiele zaken, terwijl ze ook prima op hele andere principes gestoeld kunnen worden. Net als de manier waarop we de economie duiden en benaderen. Dat is volgens Kees een lastige stap, omdat we nu eenmaal in een markteconomie leven. Hij gaat zelfs nog een stapje verder en noemt het een marktsamenleving waar überhaupt geen ruimte is om dingen op een andere manier te benaderen. Die drang naar (economische) groei werkt juist averechts op de uitdagingen waar we nu voor staan. Zoals hij treffend zegt: “Het idee dat de veroorzaker van het probleem (drang naar groei), de oplossing van het probleem is, is buitengewoon onverstandig. Toch blijven we daar aan vasthouden, omdat we blijkbaar denken dat het zo moet.” Volgens Kees zijn we veel te veel vergroeid met het idee dat wij een soort speciale positie innemen en boven de rest van het leven verheven zijn. Door schade en schande leren we nu dat dit helemaal niet zo is. Einstein zei het al: als de bij uitsterft, sterft vijf jaar later onvermijdelijk de mens ook uit. Kortom: we moeten naar een economie die gebaseerd is op ecologie.

Natuur is geen kapitaal, maar heeft intrinsieke waarde

Wat betekent dat dan precies? Volgens Kees betekent dit, dat we afscheid moeten nemen van onze hyperindividuele samenleving en niet meer bezig moeten zijn met ons eigenbelang, maar met ons gedeelde belang. Net zoals in de ecologie: er zijn allerlei relaties tussen verschillende soorten en actoren en die zijn belangrijker dan de soorten en de actoren zelf. Wij leven als soort in een wederzijds afhankelijke relatie met al het andere leven. En dat betekent volgens Kees ook dat we moeten gaan erkennen dat natuur geen kapitaal is, maar intrinsieke waarde heeft. Als we dat perspectief gaan omarmen en ook nog een waarde-taal kunnen creëren waarin we waarden kunnen herkennen zonder dat er een bedrag op moet, dan heeft Kees wel vertrouwen in de toekomst.

Welzijn en welbevinden centraal

De rol van het onderwijs is duidelijk, maar wat is de rol van de aandeelhouders in dit verhaal? Als zij minder winst georiënteerd zouden zijn, zou dat niet een grote stap in de goede richting zijn? Dat kan Kees alleen maar beamen, maar we moeten volgens hem niet vergeten dat het niet hun schuld is dat de focus zo zwaar op financieel rendement ligt. We zitten namelijk allemaal vast in dit systeem. “Het is niet zo dat een aandeelhouder per definitie een slecht mens is, omdat hij een financieel rendement wil halen. Dat is eigenlijk heel logisch.” Daarom moeten we als samenleving welzijn en welbevinden net zo belangrijk maken als materiele welvaart. Dat kan alleen als we een gezamenlijk taal gaan creëren om waarden als welzijn en welbevinden harder te kunnen rapporteren. Een taal waarin iets als biodiversiteit gewoon autonome waarde vertegenwoordigd in plaats van omrekenmodules. Maar daar zijn we helaas nog niet. We herkennen en erkennen het massaal, maar we kunnen er nog te weinig mee. Al komen er steeds meer initiatieven op dit gebied, zoals Commonland, waar Kees heel hoopvol over is.

Intrinsieke motivatie

Wat is dan de volgende stap om er wel wat mee te kunnen? Volgens Kees is daar intrinsieke motivatie voor nodig. “Dat is iets is wat mijzelf drijft, maar ik geloof ook oprecht dat dat de sleutel is om een maatschappelijke transformatie en transitie te bewerkstelligen.” Kees gelooft niet dat we er komen met allemaal externe prikkels als wet en regelgeving. Dat heeft in zijn ogen allemaal uiteindelijk een zeer beperkte werking. We moeten veel meer naar de binnenkant bij mensen. Kortom: een betere economie begint bij jezelf! Wij beginnen vast.

Luister hier naar de podcast.