Podcast Money Matters

#40. Leidt de populariteit van impact investing tot greenwashing?

Shownotes

In deze aflevering praten Ruben Koekoek en Jamy Goewie na over de Global Impact Investing Network (GIIN) Investor Forum. Tijdens het Forum kwam onder andere de groeiende populariteit van impact investing aan bod. Maar als we nou dieper ingaan op de groeicijfers, hebben we het dan écht over impact investing of zijn er nog teveel bedrijven die aan impact washing en in het verlengde daarvan green washing doen?

Om antwoord te geven op de vraag of de populariteit van impact investing leidt tot greenwashing, moet het eerst duidelijk zijn wat er wordt verstaan onder de term ‘impact investeren’ en wat niet. De term wordt vaak opgerekt, waardoor er meer kans is op greenwashing of social washing. Dus, om echt te kunnen stellen dat iets investing voor impact is, moet er volgens Jamy intentioneel gestuurd worden op impact. Alles binnen een organisatie is gericht op het maken van impact. De business is daaromheen gebouwd.

Daarnaast heb je puur commerciële bedrijven die steeds die zich steeds impactvolle en duurzamer gaan gedragen en bijvoorbeeld ESG-compliant zijn: dus de organisatie valt ecologisch, sociaal en qua governance binnen de normen van de ESG. Wat natuurlijk heel erg belangrijk is. Maar is dat automatisch dan altijd impact investeren? Jamy en Ruben zijn erover eens dat bedrijven die alleen ESG-compliant zijn, maar niet intentioneel met hun businessmodel impact maken, niet onder de definitie van ‘impact investing’ vallen.

Het liefst zien beide dat je een verplichting hebt als fonds om je impact te meten, daarop te rapporteren en bijvoorbeeld ook als fondsmanager daarop beoordeeld wordt. Bij het fonds van Shaping Impact Group waar Jamy fondsmanager van is, is dit al in de praktijk gebracht. Ze heeft niet alleen een ‘financiele hurdle’ maar ook een ‘sociale hurdle’, die ze beide moet halen voordat de carried interest wordt uitbetaald. Als alleen de financiele hurdle gehaald wordt, gaat het rendement naar het goede doel.

Ruben en Jamy concluderen dat het op zich goed is dat impact investing steeds populairder en toegankelijker wordt. Er moet ook ruimte zijn voor partijen die een aan een milde vorm van impact investing doen. Want, investeren in duurzame of maatschappelijk relevante projecten, is toch altijd beter dan puur en alleen streven naar financieel rendement.

De uitsmijter is dan ook om puur commercieel investeren het raam uit te gooien. Puur streven naar financieel rendement, zonder in acht te nemen wat het voor negatieve invloed heeft op de wereld, is volgens Jamy niet meer van deze tijd en eigenlijk zelfs ook gênant. Een duidelijke boodschap dus!

Podcast Transcript

Podcast Money Matters aflevering #40: Leidt de populariteit van impact investing tot greenwashing?

Introductie

Intro: “Gewoon investeren, puur en alleen voor financieel rendement zou eigenlijk niet meer moeten kunnen. Dat zouden mensen en masse gewoon niet meer moeten willen. Dus dan is eigenlijk alles wat dat niet is, waarvan je alleen maar puur streeft naar puur financieel rendement, hoeveel harm het ook doet voor de wereld, dat je gewoon zegt met z’n allen, dat doet gewoon niemand meer. Dat is gewoon old school en gênant.”

Intro: “Welkom bij Money Matters. Een podcast over geld en impact waarin Social Finance je meeneemt door het landschap van impact investeren en je bijpraat over de impact economie.”

Ruben: “Hi en leuk dat je luistert naar Money Matters. Mijn naam is Ruben Koekoek en aan de andere kant van de lijn vandaag Jamy Goewie. Hi Jamy.”

Jamy: “Hey, good afternoon, Ruben! Leuk.”

Ruben: “Hoe is het met je?”

Jamy: “Ja, ik zou kunnen zeggen goed, maar ik ben toch wel behoorlijk verkouden. Dus dit is een podcast met neusspray. Dat is een geluidseffect wat de luisteraars gaan horen straks.”

Ruben: Beetje nasaal een nasaal geluid!”

Jamy: “Ja, maar af toe, dan heeft zo’n spray tussendoor dat dat moet gewoon hartstikke leuk klinken, toch? Hoe is het met jou?”

Ruben: “Ja, heel goed. Ja, heel goed, ik ben eigenlijk ook wel een beetje verkouden, maar verder gaat het eigenlijk heel erg goed. Het is herfstvakantie, dus allemaal uitjes en zo. Hé, en niet alleen met ons gaat het goed, maar het gaat eigenlijk ook met de impact investing markt goed, hé. En speciaal op bij jou, want er is een nieuw fonds gelanceerd, hoorde ik?”

Jamy: “Ja klopt, daar zijn we heel trots op. We hadden in juli ons derde fonds hadden we first closing op. Dus dat betekent dat we kunnen van start gaan met impact investeren om gelijke kansen te stimuleren en een inclusieve samenleving in België-Nederland. Nou, wie wil dat niet, zou je zeggen toch?”

Ruben: “Ja, nee, nee, absoluut ja, ja.”

Jamy: “Ik denk, jij gaat zeggen van het gaat goed met impact investeren, want GIIN heeft een rapport uit en daar hebben ze het over triljoenen die inmiddels in het veld worden gepompt, maar daar was jij nog niet.”

Ruben: “Ja, precies dus nu hoef ik het bruggetje zelf niet te maken. Maar in ons eigen, of in eigenlijk in jouw Den Haag, was het globale impact investing network bij elkaar. Duizend impact investeerders over de hele wereld. En daar werd ook het rapport gepresenteerd over de staat van de markt en werd gezegd dat er voor het eerst meer dan één biljoen dollar geïnvesteerd is in impact investing. En wat is nou een biljoen? Dat is duizend miljard. In andere woorden: heel veel geld. Maar dat brengt ons bij de volgende vraag, die ik heel graag met jou wil beantwoorden, Jamy. En die luidt: leidt de populariteit van impact investing niet tot greenwashing?”

Leidt de populariteit van impact investing tot greenwashing?

Jamy: “Ja, dat is in eerste instantie natuurlijk in eerste instantie ook een beetje de vraag wat mensen dan verstaan onder dat impact investeren, want het is natuurlijk wel een containerbegrip geworden. Er zijn ooit mensen die zijn begonnen met te zeggen: nou, je hebt een soort spectrum van impact investeren, dus je hebt investing voor impact, wat heel erg intentioneel is, waarbij alles, het hele bedrijf, eigenlijk gericht is op het maken van impact en daar de business omheen bouwt. En dus ook de investeerders die daarin meedoen. En dat heeft dan te maken met patiënt, kapot et cetera. En je natuurlijk de andere kant, waarbij je zegt: ja als het ESG-compliant is dus ecologisch, sociaal en in de governance is oké, en dan is het ook impact investing ja, en als je, als je het zo bekijkt is dat is eigenlijk die die terminologie hartstikke breed.”

Ruben: “Maar wat vind jij impact investeren?”

Jamy: “Ja, ik vind impact investeren, eigenlijk investeren in bedrijven die in hun businessmodel zal ik maar zeggen, die met hun businessmodel impact maken. Dus je zou ook kunnen zeggen van: ik investeer in een commercieel bedrijf, maar dat commerciële bedrijf gaat nu zo’n potjes in plaats van plastic maken van één of ander gerecycled materiaal, en dat vind ik ook impactvol maar dat bedrijf zelf heeft niet de directe missie om de wereld te verbeteren. Dus voor mij ligt die die die grens een beetje daar. Maar goed wat je zei, ik denk wel, met zo’n brede definitie van impact investeren ligt social washing of greenwashing denk ik, wel op de loer. Wat denk jij?”

Ruben: “Ja, ik denk dat dat de voor fondsen, dat het ook wel de, dat je de intentie hebt om impact te maken, dat dat heel belangrijk is. Dus niet elke windmolen die gefinancierd wordt, wordt gefinancierd door een impact investor. Maar als je echt zegt van oké, hoe wil ik een bepaald maatschappelijk problemen oplossen, een bepaalde impact maken? En hoe ga ik daarmee het verschil maken met mijn fonds? Dat wat mij betreft wel een voorwaarde voor impact investing. En daaruit hoort wat mij betreft ook dat je dat dan de verplichting hebt dat te meten, daarop te rapporteren en het liefst ook daarop beoordeeld wordt. Dus dat je, kijk, uiteindelijk moet je hetzelfde probleem hebben als je geen impact hebt gemaakt, als wanneer je geen rendement hebt gemaakt, want alleen dan ben je echt een fondsmanager die afgerekend wordt op impact.”

Jamy: “Ja klopt, ja, dus dat meten van impact, dat is denk ik heel belangrijk en ook dat dat goed gebeurt, want anders kan je toch, denk ik, te veel bedrijven die accidental impact maken of zoiets dergelijks ook onder echt impact investeren scharen. En dat is eigenlijk niet wat het is. Ik denk dat impact investeren borduurt voort misschien wel op venture filantropie ja, mensen vinden dat misschien te soft, maar ik denk toch wel dat je met venture filantropie al echt probeert de allerbeste programma’s te steunen op een ondernemende manier. Daarbovenop komt dan eigenlijk dat die programma’s of projecten een businessmodel hebben, zodat je echt in kan investeren. Dat zijn wel de intentionele ondernemers. En aan de andere kant heb je van het spectrum heb je gewoon puur commerciële bedrijven die steeds die zich steeds impactvolle en duurzamer gaan gedragen. Wat natuurlijk heel erg belangrijk is. Maar is dat de facto dan altijd impact investeren? Kijk, slecht, is het niet, weet je. Het is wel gewoon fijn dat dan ieder geval daar het geld naartoe gaat om bedrijven die nu vervuilend zijn, schoner te maken, laat maar zeggen. Of die bedrijven die zeggen van: nou, ja, wij hebben, wij zitten, de kledingindustrie en we gaan nu wel die hele keten aanpakken, zodat daar geen misstanden in bestaan, zodat daar geen kinderarbeid meer bestaat of modern slavery. Maar ja, dat is dat is, dat is toch een andere orde, vind ik.”

Ruben: “Ja, irriteert je dat ook niet als je dan een folder ziet van een grote financiële instelling die claimt met impact investing aan de gang te gaan, terwijl dat eigenlijk voor jullie helemaal niet het geval is, volgens de meer krappere definitie?”

Jamy: “Nou, het zijn ook wel echt andere bedragen die er dan in omgaan met een andere focus. Ja, irriteert het mij? Ja, ik loop natuurlijk ook al heel lang rond in deze sector en heb daar natuurlijk heel veel over gesproken. Ik heb een tijd gewerkt, ook bij de European Venture Philanthropy Association, dus daar ging het eigenlijk altijd over: wat is impact investing? Dus ik heb me wel vaak verbaasd hoe makkelijk mensen met een checklist op ESG, bijvoorbeeld, zichzelf ook impact investeerder noemen. Ja, kijk, voor ons geldt gewoon dat wij best wel kleine bedrijven, die dus intentioneel impact maken, financieren. Dus ja, wij hebben ook niet meteen concurrentie van 300, 400 miljoen dollar fondsen. Maar goed, ik vind, kijk, wij voor onszelf en onze aandeelhouders vind het belangrijk dat er echt meetbaar impact wordt gemaakt. Daarom meten wij ook altijd onze impact, om dat ook te kunnen bewijzen.”

Ruben: “En is jouw ‘carry’ zeg maar de beloning die jij als fondsmanager krijgt, ook gelinkt aan die impact die je realiseert?”

Jamy: “Dus zo, hoe het dan altijd werkt met een carry is dat er dan een een hurdle is. Dus je moet eigenlijk een soort van eerst een prestatie leveren. En als je die prestatie minimaal hebt geleverd, dan krijgt ook de fondsmanager manager, zeg maar een extra uitkering. En dat is normaal eigenlijk altijd alleen financieel. Dus als je een financiële carry, als je sowieso een financieel rendement al hebt behaald, dan komt daarna voor de fund managers ook nog een financiële beloning. Maar dat is bij ons dus zowel een ‘financiële hurdle’ heet dat als een ‘sociale hurdle’ en dat daarom weten we het ook. En als we die sociale hurdle niet halen, maar bijvoorbeeld wel de financiële horde, dan gaat alsnog onze hele carried interest naar het goede doel. Dus dan krijgen wij helemaal niks. Dus wij moeten wel beide, ja zal maar zeggen, beide kanten van het spectrum, beide elementen moeten wij gewoon halen. En wij zeggen zelf: 300 procent sociaal rendement. Dus we willen dat elke euro drie keer zoveel maatschappelijke waarde oplevert dus dat is nog wel even aan de bak voor ons.”

Ruben: “Oh, maar dat is interessant, dus je hebt een, een financiële hurdle als die gehaald wordt, dan moet de investeerder moet betalen. En als de sociale worden gehaald, dan wordt ie aan jou betaald. En als ie niet wordt gehaald, gaat ie naar het goede doel.”

Jamy: “Ja, eigenlijk wordt onze, wordt onze carried interest pas uitbetaald als allebei, die die hurdles worden gehaald. Ja, en want kijk naar investeerder krijgt sowieso natuurlijk z’n financieel rendement. En zijn maatschappelijke rendement geldt dan voor de hele maatschappij dus dat is mooi.”

Ruben: “Ja, precies, maar als je eigenlijk, als je je financiële rendement haalt, maar je sociaal rendement niet, dan haal je eigenlijk sociale rendement doordat die carry naar een goeddoel toe gaat. Of kan ik dat niet zeggen?”

Jamy: “Nou, ja, dat ja, kijk, het is wat heel lastig is. Je wil ook je team aansturen op de juiste KPI’s om het zomaar te zeggen. Dus als je alleen maar een financiële carry hebt, dan zou het kunnen zijn dat dat je toch met ze allen, zelf ook, want je bent ook maar een mens, maar ook je team echt alleen maar gaat voor die maximale financiële winst. En dan laat je dan dat impact verhaal, misschien raak je dat uit het oog en dat mag absoluut niet gebeuren. Dus voor ons is het zo dat wij dus aan allebei de kanten een een hurdle hebben zitten. Maar er zijn ook impactfondsen tegenwoordig en dat is wel echt anders van het van het VC model die helemaal geen carry meer hebben, want die zeggen: het is gewoon ons werk om zoveel mogelijk impact te maken met het juiste financiële middelen. Dus we doen niet meer aan carry, want het is een foutieve incentive. Er zijn best veel discussies over.”

Ruben: “Oké, ik snap Jamy, jij concurreert niet met een Deutsche Bank of met een Rabobank of een grote Amerikaanse vermogensbeheerder. Ik vind het op zich wel irritant, want als consument heb ik geen idee. Ik kan niet in jouw fonds investeren met mijn schamele spaargeld. Dus ik ben wel aangewezen op die grote partijen. Of ik moet echt op onderzoek uitgaan, maar dat wordt een flinke studie. Maar ik kan niet zo als ik voor het schap sta in de Albert Heijn, daar kan je ook heel veel discussie over voeren, maar ik heb geen enkel idee wat nou echt impact investing is. Dus moet er niet gewoon een standaard komen? En zeggen van oké, dit is ESG, dit dus duurzaam beleggen. En dit is impact investing. En dat ook wettelijk vastligt wat wel en niet impact investing is.”

Jamy: “Dat zou natuurlijk fantastisch zijn als dat echt een apart asset class wordt waar van je zegt, dit is gewoon wat het is en al het andere niet. Daar zijn al heel veel mensen mee bezig of echt voor aan het strijden om dat te doen. Nog niet heel succesvol denk ik, maar ik snap het wel. Ik denk ook dat er heel veel te winnen valt met het meer democratiseren van laat maar zeggen alle, ja hoe zeg je dat, van alle investeringsmogelijkheden die er zijn. Ik sprak laatst ook een leuke startup en die zei ook van, ja eigenlijk is zal maar zeggen de best in class visies of private equity, dus laat maar zeggen die op de Zuidas 80 uur aan het werken zijn om miljoenen binnen te harken voor de investeerder, dat is ook niet beschikbaar voor de gewone man. Dus ik denk wel, want dat zijn fondsen waar je gewoon minimaal met een ton in moet stappen bij wijze van spreken, of meer. Dus het zal wel denk ik heel erg helpen als je dat gewoon veel meer kan democratiseren. Dat het transparanter wordt, van wat doen al die fondsen. En dat het veel makkelijker wordt om ook met vijf of tien euro bij wijze van spreken of vijfduizend euro om daar ook gewoon mee in te stappen. En dat is nu ook niet zo. Dus nu is het wel zo dat in die echte investing-voor-impact-hoek, daar zitten eigenlijk ook alleen maar vermogende particulieren of institutionals.”

Ruben: “Ja, precies. Dus eigenlijk, als conclusie, als antwoord op de vraag: ‘Leidt de populariteit van impact investing tot meer greenwashing? Het antwoord aan eerste instantie gaf je aan, die populariteit is goed, het is goed dat andere partijen het oppakken. En misschien ook wel goed dat ze niet allemaal niet zo streng in de leer zijn zoals jij. Er moet ook ruimte zijn voor partijen die impact investing light doen.”

Jamy: “Eigenlijk zou je moeten zeggen, Ruben, gewoon investeren, puur en alleen voor financieel rendement zou eigenlijk niet meer moeten kunnen. Dat zouden mensen en masse gewoon niet meer moeten willen. Dus dan is eigenlijk alles wat dat niet is, waarvan je alleen maar puur streeft naar puur financieel rendement, hoeveel harm het ook doet voor de wereld, dat je gewoon zegt met z’n allen, dat doet gewoon niemand meer. Dat is gewoon old school en gênant, bij wijze van spreken. Je gaat niet alleen maar investeren in iets waar jij alleen beter wordt van wordt en de rest van de wereld slechter.”

Ruben: “Maar dan kan je al die fondsen die aan ESG doen of misschien impact investing fondsen, zijn eigenlijk gewoon reguliere fondsen. Maar dan kunnen we wel afspreken, wat echt impact investing is, als je echt intentioneel impact wilt maken, dat meet, daarop rapporteert en daar ook misschien voor wordt beloond.”

Jamy: “Ja, precies. Dat zou een goede zijn. Inderdaad en als je dan tegelijkertijd de wapenhandel en allemaal dat soort typen bedrijven, als je daar gewoon niet meer in kunt investeren, omdat we met z’n alle vinden dat dat gewoon niet meer van deze tijd is, dat dat alleen maar kwaad doet, in dat geval zal ESG ten minste beter zijn dan dat. Dan zit je in ieder geval in het goede hoekje.”

Ruben: “Duidelijk. We hebben volgens mij overeenstemming.”

Jamy: “Ja, lekker.”

Ruben: “Misschien voor volgende keer moeten we dan wel bespreken hoe we dan Poetin stoppen, als we niet meer kunnen investeren in de wapenhandel. Maar dat doen we een andere keer.”

Jamy: “Maar heb jij? Nou dankje. Maar ik zat ook mij even af te vragen, want jij werkt natuurlijk veel met gemeentes en overheid ook. Dus vind je het niet zo dat een groot deel van wat nu door die impact investeerders wordt opgepakt eigenlijk niet door de overheid zou moeten worden opgepakt? Dus je hebt nu heel veel innovaties. Dus alles geprivatiseerd. Dus je krijgt innovaties, alles geprivatiseerd, dus innovaties in het onderwijs, in de gezondheidszorg, armoedebestrijding, schuldenproblematiek. Daar investeren wij allemaal in. Maar ja, je kan je ook afvragen, is dat niet een rol voor de overheid? Of is dat niet iets wat je het beste met impact bonds zou kunnen oplossen?”

Ruben: “Nou ik denk dat de overheid is verantwoordelijk voor dat de zorg en het onderwijs voor iedereen toegankelijk is. En ik ben daar echt heel bang voor dat dat in 10, 20 jaar niet meer zo is. met dat leraren tekort, wat als privéscholen alle leraren opkopen. Of wat als privéziekenhuizen zorgen dat er wel verpleegsters zijn. Mensen die het kunnen betalen gaan dan de andere kant op. Dus ik geloof heel erg dat de overheid de touwtjes in handen moet houden en controle moet hebben. Maar daarin kan je heel goed gebruik maken van de markt om die doelen te bereiken. Als je dat op een goede manier stuurt. En dat kan met impact bonds. Maar dat kan ook door hele andere manieren door slim in te kopen of slim samen te werken. Maar wat leidend moet zijn is het maatschappelijke doel. En dan kan je kijken hoe investeerders en de markt daarin past. En niet andersom. En ik denk dat we daar wel het afgelopen jaar vaak de fout in zijn gegaan.”

Jamy: “Dat is natuurlijk ook een moeilijkheid. Want veel impact investeerders schuren aan tegen het oplossen van het probleem waar de overheid ook mee bezig is. dus dan krijg je vaak dat de overheid de klant wordt, dus dat gemeentes de klant worden. Dat is wel heel prima. Dat is heel goed. Maar als wij bijvoorbeeld weer in ons hele portfolio alleen maar bedrijven hebben die de gemeente als klant hebben, dat is voor ons eigenlijk, dan zijn we kwetsbaar. Stel dat de wet- en regelgeving verandert. Dus best wel ingewikkeld hoor, vind ik. Want wij zien gewoon veel sociaal ondernemers die iets oplossen, waarvan gemeenten dan zegt terecht, dan willen we dat graag samen met jullie doen. Of dat willen we graag kopen, dit product of deze service. Dan heb je het wel over een soort marktwerking, maar als fonds wordt als je teveel dezelfde klanten hebt, dan maakt dat ons ook weer kwetsbaar. Dus dat is nog best wel een zoektocht.”

Ruben: “Snap ik. Maar het is beter dan in de VS, waar je eigenlijk de overheid nauwelijks als partner hebt, maar vooral als filantropie hele rijke miljardairs moet aankijken of funding te krijgen of als klant kan krijgen.”

Jamy: “Volgens mij is alles hier beter dan in de VS. Misschien behalve de muziek- en de filmindustrie. Daar ben ik wel jaloers op. Maar voor de rest… Wat komt er nou echt, waar kunnen we nou wat van leren van de VS? Lastig.”

Ruben: “Nee, ben aan het nadenken.”

Jamy: “Ik weet wel wat. Ik weet zelf toch wel wat. Ook nog een grappig voorbeeld. Dit wordt een beetje zo van de feitjes, maar blijkbaar heb je in de VS. Je hebt altijd gewoon een behoorlijk percentage van startups dat failed, dus dat gewoon niet meer succesvol is na een bepaalde tijd. Wat denk je dat de gemiddelde, zal ik maar zeggen, tijd is van een startup voordat is failed in de VS? Of nee, laat ik het zo zeggen, ik weet wat dat is. Dat is negen maanden. Maar wat denk je dat dat is in Nederland?”

Ruben: “Twee jaar.”

Jamy: “Zeven jaar. Wij zijn gewoon niet gewend om te falen. Dus wij blijven heel lang, dat vinden we ook niet prettig, dat is ook geen eer aan te behalen. Dus wij blijven heel lang doorgaan, nog dingen proberen. Terwijl in de VS ze denken, oké het werkt niet, we gaan het opnieuw proberen of het hele ding aanpassen. En dat vind ik interessant, want wij doen er echt zoveel langer over. En de success rate is totaal niet hoger.”

Ruben: “In Nederland heet je dan een failed entrepreneur. En in de VS heet je dan een serial entrepreneur. Nee dat is waar. Maar ze proberen veel meer op allerlei fronten. Dus op zich, we kunnen ook wel veel leren. Maar, we gaan nu afsluiten met ‘De Uitsmijter’.”

Rubriek: “De Uitsmijter”

Ruben: “Wat moeten we vooral niet meer doen. In andere woorden: wat smijt Money Matters het liefst vandaag nog het raam uit? Jamy, wat dat bij mij is, mijn kinderen kwamen terug van de Albert Heijn van zo’n enorm dik boek van Bol.com waarin alle sinterklaas wensen kan aankruisen. En dan kreeg ik hem ook daarna nog in de brievenbus. Enorme verspilling aan papier. Maar ik ben nu al dagen aan het onderhandelen wat wel en wat niet. Dus ik heb wel verteld dat Sinterklaas heel veel last heeft ook van de inflatie. Maar ik denk, dat soort boeken enzo, dat moeten we niet meer doen.”

Jamy: “Nee, dat is echt afschuwelijk. Ik zat helemaal in het thema te denken. Ik dacht, we moeten allemaal puur commercieel investeren waar geen enkele maatschappelijke of ecologische waarde aan hangt. Ik denk dat we echt, iedereen zegt dat ook. Het is twee voor twaalf of twee over twaalf. We zijn eigenlijk al te laat om de planeet te redden, maar laten we dan in ieder geval ook echt stoppen met geld verdienen aan de verkeerde dingen. Dat vind ik sowieso storend. Dat is iets waar ik mij dagelijks aan stoor. En verder ben ik het helemaal mee eens met het Bol.com boek. Ik had vroeger zo’n Intertoys boek. Er was vroeger ook wel zo’n boek. Het was wel mijn happy place. Ging je door dat boek bladeren en denk je, wat is er veel. Allemaal aankruisen. Kreeg er maar heel weinig van. Maar gewoon het aankruisen vond ik nog wel prettig. Er is geen boek voor moeders. Wat zou daarin staan denk ik dan ook? Misschien moeten we dat ook het raam insmijten. Ook zo’n boek voor mij. Waar ik dan allemaal dingen kan aankruisen.”

Ruben: “Of dat je allemaal pitchteksten van bedrijven krijgt rond december.”

Jamy: “Maar er is niks mis met onze dealflow. Er zijn heel veel goede bedrijven. Dat is hoopvol.”

Ruben: “Kom je een keer vertellen over de nieuwe deal. Als de eerste deal van het nieuwe fonds?”

Jamy: “Ja, zeker.”

Afsluiting en credits

Ruben: “Super en leuk even door te praten over impact investing en of de populariteit ervan leidt tot meer greenwashing. We zijn daarmee aan het eind gekomen van deze aflevering. Dank voor je bijdrage Jamy. Dank ook aan ABN AMRO en Oranje Fonds voor het mede mogelijk maken van deze podcast. Productie: Daniel van de Poppe van Spraakmaker Media. En wil je niks missen? Abonneer je dan op Money Matters via iTunes, Spotify of een andere favoriete podcast apps. Of neem een kijkje op onze website www.socfin.nl.”