Podcast Money Matters

De Realiteit van Sociaal Ondernemen en de Nobelprijs voor de Economie #80

Shownotes

Money Matters is dé podcast voor al je impactnieuws! Om de week bespreken we het laatste impactnieuws, ontdekken we positieve ontwikkelingen binnen de impacteconomie en we bespreken wat er beter kan in onze maatschappij. In deze aflevering duikt Björn Vennema samen met co-host Marian Spier in de uitdagingen van sociaal ondernemers: kunnen zij hun groeiambities waarmaken ondanks de onzekerheid die komt kijken bij het balanceren van sociale en financiële doelen? Ze bespreken een nieuw onderzoek van RaboResearch dat toont dat sociaal ondernemers gemiddeld sneller groeien, maar ook veel onzekerheid ervaren. Verder gaan Björn en Marian in op de toekenning van de Nobelprijs voor Economie en bespreken ze wat deze inzichten betekenen voor welvaartsverschillen tussen landen. In het korte impactnieuws belichten ze de groeiende impact van plastic financiering door banken, de nieuwe inzichten rond de uitstootreductiesubsidies van het kabinet en de samenwerking tussen Giro555 en Maatschappelijke Diensttijd. Luisteraarsvraag van deze week: wat betekent de nieuwe definitie van armoedegrens voor mensen met schulden in Nederland?

Podcast Transcript

De Realiteit van Sociaal Ondernemen en de nobelprijs voor de Economie #80

Introductie

Björn: De nobelprijs voor de economie. Wat kunnen we leren over welvaartsverschillen tussen landen? En hoe gaan sociaal ondernemers om met de extra onzekerheid in hun businessmodel?

Introtune: Welkom bij Money Matters, de podcast voor al je impactnieuws. We nemen je mee door het landschap van impact investeren en we praten je bij over de impacteconomie. Waar gaat het goed? Wat kan er beter? Dat bespreken we in Money Matters, een podcast van Social Finance NL in samenwerking met Circl.

Björn: Hallo, mijn naam is Björn Venema en ik ben hier vandaag met Marjan Spier, onder andere oprichter van FEM-START. Welkom Marjan.

Marian: Bedankt voor de uitnodiging Björn.

Björn: Hoe gaat het?

Marian: Bij mij gaat het goed. Natuurlijk, het is oktober, een best wel druk maand merk ik. Budgetten moeten nu begroot worden. Dus er is soms opeens geld of soms geen geld. En dat is wel heel fijn. Als ondernemer mag ik mijn handjes klappen dat het heel goed gaat.

Björn: Fijn om te horen. Ja. Nou ja, dat soms geld, soms geen geld, gaan we zo denk ik uitgebreid over hebben wanneer we het over sociaal ondernemerschap gaan hebben. Maar zoals je weet beginnen we elke aflevering met een luisteraarsvraag. En die mag jij dan beantwoorden binnen een minuut.

De luisteraarsvraag

Björn: “Hallo, ik las in het nieuws dat het CBS, het Sociaal Cultureel Planbureau en Nibud een nieuwe definitie van de armoedegrens hebben vastgesteld. En dat hieruit blijkt dat het aantal mensen in armoed is gedaald. Dit klinkt natuurlijk als goed nieuws, maar ik vraag me af wat vinden jullie van deze nieuwe definitie en is die realistisch, aangezien het aantal mensen met schulden juist lijkt te stijgen. En welke impact heeft deze definitie volgens jullie?”

Marian: Het gaat met name over kosten. Dus als je een inkomen hebt en als je hoge kosten of bijvoorbeeld hoge energiekosten hebt en als je dan niet uitkomt, dat je dan dus onder die armoedegrens leeft. En degene die die vraag stelt, ja ik ben het met diegene eens. Want je merkt dat niet alleen maar mensen met een inkomen, maar al jongeren schulden hebben en starten vanuit die armoedegrens. Dus dat zij schulden niet mee hebben genomen vind ik wel apart. Ik denk als je dan zo een definitie gaat aanpassen, neem het dan ook mee, omdat dit echt een groot probleem is en redelijk goed te meten is. Je kan de data o vragen bij banken, bij schuldverleningsorganisaties. Vanuit het CBS kan je al die data halen. Dus je zou het makkelijker kunnen meten dan te meten of iemand een hoge energierekening heeft en

of dat diegene die rekening nog kan betalen. Ik denk dat dat moeilijker meetbaar is dan wanneer je zou meten hoeveel schulden mensen hebben en gekoppeld aan hun inkomen. Nou dat is echt… ik ben het niet eens met die definitie.

Björn: Helder.

Marian: Ja, misschien is een minuut al voorbij.

Björn: Ja, dat denk ik ook. De kookwekker hebben we hier nu niet bij ons, maar volgens mij zijn we op een minuut. Nee, maar helder volgens mij. Dus eigenlijk zeg je, goed dat ze nadenken over een goede definitie van armoede, maar hij moet iets breder. Neem onder andere ook schulden mee, want dan gaan we een beter beeld krijgen van de armoede in ons land. Duidelijk.

Zit je nu ook te luisteren en heb je een vraag over de impact achter het nieuws? Stuur ons een bericht met jouw vraag naar socialfinance.nl via LinkedIn, Instagram of info@socfin.nl  en dan beantwoorden wij jouw vraag in een volgende aflevering. En nu tijd voor het grote nieuws.

Nieuwsitem 1: Wat zijn de uitdagingen voor sociaal ondernemers?

Marian: Ja, mijn nieuws van vandaag is van RaboResearch en dat is dat sociaal ondernemers hebben hogere omzetgroei maar ook meer onzekerheid. En dat klopt, ik ben zelf sociaal ondernemer. Ik ben altijd sociaal ondernemer geweest dus dat is, ik ben al 11 jaar sociaal ondernemer. Dus nu besef ik dat. Ik moet zeggen ik heb meerdere business modellen. Ik werk als consultant en daar verdien ik het meeste geld. En dan heb ik een start-up waar veel meer tijd en energie in zit.

En als we het hebben over de sociaal ondernemers, dan hebben we echt die ondernemingen waar een product aan gekoppeld is. En dat kan een dienst zijn. En wat ik merk, en dat las ik wel niet uit dit onderzoek is dat de meeste sociaal ondernemers, wanneer je ze ook spreekt, dat ze heel erg afhankelijk zijn van de overheid. 71% van de sociaal ondernemers doen zaken met de overheid. Dat betekent dat als iemand achter dat loket niet meer zit als beleidsmedewerker, dat je je verhaal weer opnieuw moet vertellen. Of als die tender niet geplaatst wordt, dat het kan zijn dat je dan geen omzet draait. En dat is best kwetsbaar. En we hadden net in het vorige gesprek erover van hoe kan je dat veranderen. Ik denk echt dat investeerders daar veel meer in moeten gaan investeren, net als we in climate investeren, uh klimaat. Als we het hebben over sociaal ondernemerschap wordt er heel veel geïnvesteerd in klimaattechnologie wat ook makkelijker meetbaar is en ook kan zorgen voor een snelle groei.

Maar als we het over sociaal ondernemers hebben die sociaal maatschappelijke producten of diensten leveren is dat heel moeilijk meetbaar. Maar ik denk dat daar toch een markt voor is om het efficiënter in te richten voor die ondernemers waardoor ze wel sneller omzet kunnen draaien en dat er nog steeds een sociaal doel gekoppeld is aan hun product. Want vaak denkt men en dat staat ook in het onderzoek dat men niet gaat voor die snelle groei, omdat men denkt dat die snelle groei, dat is mijn mening, omdat men denkt dat die snelle groei ervoor zorgt dat men minder oog krijgt voor het eindproduct of voor de klant.

Björn: Ja dat je soms een beetje een risico, een afweging hebt tussen groei en omzet en sociale missie die er misschien niet hoeft te zijn.

Marian: Ja.

Björn: Ik ben benieuwd naar een paar dingen die je zegt, een paar interessante dingen. Die onzekerheid met de overheid als klant. Ik denk dat ook heel veel mensen soms denken dat de overheid toch een meer betrouwbare klant of partner kan je bijna niet vinden dan de overheid. Dus wat maakt dat daar toch zoveel onzekerheid in zit, denk je?

Marian: Omdat er een persoon achter zit. Dus het is niet alleen maar de overheid. Als je samenwerkt met de gemeente of met een stadsdeel of met de Rijksoverheid, dan zit er iemand, een beleidsmedewerker, en dan kan het zijn dat die beleidsmedewerker feeling heeft met het product of de dienst die jij aanbiedt. Maar het kan ook zijn dat er een andere beleidsmedewerker komt op die plek en die zegt, nou ja, of een leidinggevende of een wethouder die zegt, nou ja, ik heb een andere politieke kleur en ik geloof hier niet in.

Björn: En is dat anders dan een ondernemer zonder sociaal doel die ook met de overheid te maken heeft? Want er zijn natuurlijk nog heel veel ondernemers die producten leveren aan de overheid, gewoon als opdrachtgever omdat ze gebouwinrichting doen.

Marian: Ja, maar die bieden hun services aan de overheid. En vaak bieden sociale ondernemers services aan de burger. De burger is de klant. Dus dat is weer een totaal andere relatie met die overheid. Ene is een beetje procurement, dus inkoop van diensten, en de andere is het bieden van diensten voor de burger.

Björn: Ja, dus de overheid is dan weliswaar je contactpersoon, en soms zelfs je klant, maar eigenlijk is degene voor wie je doet de burger en dat maakt het moeilijker.

Marian: Zeker, omdat het vaak ook politiek gekleurd is. Wat me nog meer opviel, je had het over investeerders en het verschil met klimaat-investeerders, dat daar veel meer tractie is, veel meer geld beschikbaar is. Waardoor komt het denk je dat er minder geld beschikbaar is voor die sociaal ondernemers?

Marian: Die sociaal ondernemers die sociaal maatschappelijke producten maken of diensten, ik denk dat dat echt te maken heeft met sociale klassen. Als je kijkt naar sociaal ondernemers, dus op basis van data. Kijk naar sociaal ondernemers die sociaal maatschappelijke producten aanbieden of diensten, zijn het vaak mensen met een bi-culturele achtergrond, migratie-achtergrond of vrouwen. En ja de cijfers zijn bekend. 0,6% van het kapitaal gaat naar vrouwen en 0,24% naar mensen met een migratieachtergrond. Dus toegang tot die netwerken, toegang tot kapitaal is er nauwelijks voor die groep. En dan moeten ze ook nog uitleggen waarom het relevant is en of ze heel veel geld gaan verdienen voor die investeerder. Nou dat is best moeilijk.

Als je kijkt naar ondernemers die actief zijn in de klimaattechnologie, dan zijn het vaak ondernemers die universitaire achtergrond hebben, de start-up is vaak vanuit de incubator ontstaan of het zijn toch mensen met een andere sociale achtergrond.

Björn: Ja, die kennen de investeerders.

Marian: En die makkelijker toegang hebben, die kennen de taal, die weten precies hoe zij aan geld moeten komen.

Björn: Ja, en eigenlijk, want we hebben het vaak, of we, maar je hoort heel vaak bij het maken van beleid en bij het ontwikkelen van programma’s die met sociale doelstellingen van, betrek de mens over wie het gaat. Dat is vaak een punt dat heel vaak wordt gemaakt. Maar eigenlijk zeg je hoe meer je ze betrekt en hoe meer ze ook zelf kunnen activeren als sociaal ondernemers, hoe moeilijker het voor ze is om geld op te halen. Omdat ze niet, want als je werkt met mensen die uit de armoede vandaan komen en vervolgens daar oplossingen voor gaan bedenken, die hebben niet de netwerken bij investeerders of die kennen niet de juiste talen, maar tegelijkertijd is dat de groep waarmee we misschien het meest het verschil mee kunnen maken, want die snappen ook wat er aan de hand is. Dus hoe kunnen we dat dan, hoe zouden we dat kunnen doorbreken denk je?

Marian: Ik denk één dat als je kijkt naar hoe netwerken werken, vooral in Nederland, is dat je eerst jezelf moet organiseren. Dus je hebt Tech & Leap voor tech en je hebt Social Enterprise, maar dat is toch een bepaalde groep. En ik denk dat door te organiseren, door als branche te organiseren, zodat de mensen een grotere groep zijn met een luidere stem, dat ze met een vertegenwoordiger die het verhaal kan vertellen, die kan vertalen de behoeften die die ondernemers hebben, dat ik denk dat dat stap 1 is. Want anders is het heel gefragmenteerd en dan heb je een projectje hier in Amsterdam West en dan heb je projectje daar of bedrijfje daar in Rotterdam Zuid. Maar je kan niet bundelen. Dat zijn allemaal bedragen van 30.000 euro of 50.000 euro. Terwijl het systemen zijn die veranderd moeten worden in Nederland.

Straks hebben we een heel mooi nieuwsbericht waar ik het ook over wil hebben over die ontslagen, dat komt door systemen die niet goed ingericht zijn. En ik denk als je kijkt naar de sociaal-maatschappelijke problemen die er zijn in Nederland, waardoor mensen in armoede leven of geen toegang krijgen tot de arbeidsmarkt, of vrouwen geen kapitaal krijgen, zijn het allemaal systemen die er al eeuwen oud zijn die doorbroken moeten worden. En dat kan je eerst door te organiseren, het te agenderen en dan het gesprek aangaan met die brancheorganisaties, want die organisaties zijn wel allemaal georganiseerd. Je hebt de Vereniging voor Participatiemaatschappijen, je hebt al die verschillende organisaties en dan kan je het gesprek beter voeren.

Björn: Ja, dus zoek de connectie met brancheorganisaties, maar, en dat noemen ze volgens mij ook in het onderzoek, sluit meer samenwerking tussen sociaal ondernemers en ook commerciële organisaties. Dus benut ook de kracht die al bestaande, ook daarvoor bestaande instellingen, bestaande instituties, maar dan misschien ook een commerciële kant hebben, voor je sociale missie.

Marian: Zeker, maar dan is het nog steeds één op één hè? Want bijvoorbeeld MKB’ers weten overal waar ze moeten zijn als ze informatie nodig hebben. Dan heb je gewoon een organisatie voor het VNO-NCW. Maar dit is nog niet georganiseerd. Dus de noden en de problemen die sociaal ondernemers hebben, die zijn nog niet geadresseerd bij die grote groep, zodat zij precies weten, oké als ik met een sociaal ondernemer ga samenwerken dan gaat er dit en dit en dit gebeuren. Dus dan ga ik wel investeren of dan moet ik het niet doen.

Björn: Vorige podcast hadden we een onderzoek van de social enterprise monitor van social enterprise NL, die enigszins die branche rol vervult voor sociale ondernemers maar er zit natuurlijk ook gewoon nog heel veel diversiteit in de sociale ondernemers. In de thematiek die ze aanpakken, wat je zegt Amsterdam-West, Rotterdam-Zuid, maar ook in Noord-Limburg, Oost-Nederland, dat zijn natuurlijk meteen hele andere netwerken, andere ondernemers. Dus dat is ook moeilijker misschien nog wel als dan als je in een supermarkt bent, heel plat gezegd. Dat is makkelijker misschien wat te organiseren. Ik denk dat dat nog een grote uitdaging gaat zijn voor de komende tijd, om als sociaal nemers, en dat zijn wij ook allebei, onszelf te organiseren en aansluiting te vinden, tot ook de bestaande netwerken.

Marian: En ik denk dat het nog belangrijker gaat worden in de toekomst, omdat de sociaal-maatschappelijke problemen alleen maar groter worden. Ja, dus de nood wordt hoger. Dus ook de nood wordt hoger om dat te gaan regelen. Dankjewel. Dan gaan we nu naar het korte nieuws.

Kort impactnieuws

  1. Jaarlijks duizenden arbeidsmigranten op staande voet ontslagen. Vaak onterecht. Uit onderzoek van de UWV blijkt dat uitzendbureaus jaarlijks duizenden arbeidsmigranten onterecht op staande voet ontslaan. In 2022 werden meer dan 7400 uitzendkrachten, waarvan 83% met een buitenlands paspoort op deze manier ontslagen.Het leverde uitzendbureau’s schattingen van 1 tot 5 miljoen euro. De minister van Sociale Zaken heeft aangekondigd in gesprek te gaan met de sector om verbeteringen door te voeren.
  2. Terwijl de wereld stikt in plastic, blijven banken de plasticproductie financieren. Nieuw onderzoek van de Plastic Bank Tracker onthult een gebrek aan bankbeleid om de impact van plastic op het klimaat, de natuur en de mens aan te pakken. Uit de beoordeling door de Plastic Bank Tracker blijkt dat slechts een paar banken vooruit gaan boeken. ING wordt gezien als volger. De meerderheid, waaronder grote namen als Mitsubishi en Barclays, blijven achter.
  3. De wereldwijde impact-investeringsmarkt is gegroeid tot 1500 miljard dollar. De jaarlijkse market sizing is gelanceerd door de GIIN, het Global Impact Investing Network. Volgens het rapport is de wereldwijde markt voor impact investing gegroeid tot 1500 miljard aan beheerd vermogen. Ondanks deze groei blijft de kapitaalstroom richting de SDGs onvoldoende om de grootste uitdagingen van klimaatverandering en wereldwijde ongelijkheid aan te pakken.
  4. Het kabinet zegt geen subsidie voor bedrijven met lage groene ambitie. Het kabinet beëindigt de onderhandeling over groene subsidies voor grote vervuilende bedrijven die niet met ambitieuze verduurzamingsplannen komen. Minister Sofie Hermans wil pas verder praten als er concrete plannen en serieuze ambities van bedrijven zijn. Sinds 2022 zijn er al gesprekken met de grootste uitstoters, zoals Shell en BP Nederland, maar een overeenkomst is nog niet bereikt.
  5. Giro 555 en maatschappelijke diensttijd. Maatschappelijke diensttijd komt in actie voor Giro 555 om de slachtoffers in het Midden-Oosten te helpen. MDT roept jongeren en organisatie op om aan bestaande acties deel te nemen of zelf een actie te starten. Vanuit het MDT-netwerk van meer dan 100.000 jongeren proberen we zoveel mogelijk jongeren te betrekken en de impact van de hulpactie te vergroten.

Nou Marian, is er iets wat jij eruit wil lichten?

Marian: Nou ja, met name het verhaal over die ontslagen, dat mensen op staande voet worden ontslagen. Omdat er eigenlijk geen vangnet voor ze is, de buitenlandse ondernemers.

Björn: Het voelt een beetje buitenlands, een beetje Amerikaans aan bijna.

Marian: Ja, maar er is een wet in Nederland en dan staat er, ik heb het even gelezen, dat men in gesprek gaat met uitzendbureaus. Ik denk, daar moet je toch niet mee in gesprek, dat is toch gewoon sancties meteen of zie ik het verkeerd? Ik bedoel, ze overtreden gewoon een wet. En ja, en het is eerst dacht ik, oh misschien willen ze ervoor zorgen dat die mensen uitkering krijgen. Maar toen dacht ik, nee, het zijn buitenlandse ondernemers, dus die krijgen geen uitkering. Het zijn geen Nederlanders.

Björn: Nee, het zijn werknemers die bij een uitzendbureau hebben gewerkt.

Marian: Ja, bij een uitzender. Dus die krijgen, dus dat betekent dat die mensen meteen op straat staan hun huur niet kunnen betalen.

Björn: Dit sluit een beetje aan op je pleidooi hiervoor. Voor sociaal-ondernemers geldt ook hier dat mensen met een zwakkere positie er soms slecht vanaf komen. Dat zie je natuurlijk hier ook. Wat je zegt is natuurlijk helemaal terecht. We hebben hier gewoon wetgeving, we hebben heel veel bescherming voor werknemers in Nederland. Ik denk dat dat heel goed is.

Marian: Wanneer je ondernemer bent is het soms moeilijk, maar het is goed.

Björn: Tuurlijk, ja. Maar ook als ondernemer ben ik blij dat de werknemers zekerheid hebben en dat creërt rust. Dus ik denk dat dat heel belangrijk is. En dan is het natuurlijk verschrikkelijk om te zien dat we op deze manier met arbeidsmigranten om kunnen gaan.

Marian: Ja, en wat ik zorgelijk vind is dat de overheid zegt, we gaan met ze in gesprek met die uitzendbureaus. Dan denk ik ja je moet niet in gesprek gaan. Je moet meteen. Ik bedoel ik denk dat wet wettelijk ook vastgelegd is wat er gebeurt als je mensen op staande voet ontslaat zonder reden. Dus ja, sancties.

Björn: En zo had ik er ook nog eentje. Want het artikel over geen subsidie voor bedrijven met lage groene ambitie, dan denk ik ook nog wel even terug aan al onze protesten van de Extinction Rebellion, maar ook de situatie rondom de Tata Steel fabrieken. Volgens mij kunnen we daar wel nog iets steviger in optreden wat mij betreft.

Marian: Vind ik ook.

Björn: Iets meer keuzes maken voor echte groene ambities en duurzaamheid, en niet de oude industrie in stand houden.

Marian: Ja.

Nieuwsitem 2: Nobelprijs voor Economie: Wat kunnen we leren over welvaartsverschillen tussen landen?

Björn: De nobelprijs voor de economie, wat kunnen we leren over welvaartsverschillen tussen landen? De nobelprijs werd dit jaar toegekend aan Daron Acemoglu, Simon Johnson James Robinson. Deze drie wetenschappers gaven een verklaring voor de vraag waarom sommige landen rijk zijn en andere arm. Wat ze hebben aangetoond, en dat is heel interessant, is dat economisch groei en welvaart van een land niet alleen afhangen van geografische of culturele factoren, maar ook vooral van de kwaliteit van de instellingen die zijn opgericht. Dus door, ze hebben gekeken naar verschillende politieke en economische systemen, en dat hebben ze ook kunnen doen door, juist eigenlijk door de kolonisatie van vroeger, waarin sommige landen, in verschillende landen verschillende systemen zijn ingericht, soms heel erg extractief, dus heel erg om alle rijkdommen maar eruit te kunnen trekken, met heel veel schade als gevolg. In sommige gevallen om juist daar een nieuw bestaan, een nieuwe economie voor ook de kolonisten op te kunnen bouwen. En dan was het meer gericht op groei en goede instellingen. En wat heel interessant is, is dat daar uitkomt dat sterke instellingen en sterke systemen, eigenlijk cruciaal zijn voor de groei en welvaart van een land. En dus niet waar een land ligt of wat de cultuur is.

Marian. Of Europa is of Afrika.

Björn: Nee, maar de instellingen zijn bepalend. En dat is natuurlijk super interessant om over na te denken. Ook als we nu nadenken over, ten eerste, dat in heel veel westelijke landen instituten onder druk staan, maar zeker ook als we nadenken over impact investeren en over ontwikkelingssamenwerking, waar we heel erg gericht zijn op het bijdragen aan of het versterken van lokale context. Maar dit natuurlijk heel bepalend kan zijn voor hoe we daar naar kijken. Heb je er wat van meegekregen van die Nobelprijs-uitreiking?

Marian: Weinig, maar ik heb het wel gezien, dus ik heb er niet veel van meegekregen. Kijk, de landen die daar het meest last van hebben zijn natuurlijk ook hele jonge landen. Dus als we het hebben over landen in Zuid-Amerika of in Afrika, die bestaan ook niet zo lang. Dus de systemen of de instellingen waar men het over heeft. Natuurlijk is het zo dat er in Europa ook landen zijn die al veel langer bestaan en waar de systemen en instellingen ook niet echt, zijn ook corrupt. Ik noem ook geen namen van landen, maar we weten allemaal over welke landen in Europa het hebben. Maar ik denk toch dat de impact van dat naast de instellingen en de systemen waar men het over heeft. Maar misschien hebben ze dat ook beschreven, want het is een Nobelprijs, dus dat men niet moet onderschatten, de impact van kolonialisme. Dus dat naast het extractieve eruit halen, dat is een vorm van kolonialisme geweest.

Björn: Absoluut.

Marian: Wat gekopieerd gedrag is door de nieuwe regeerders. En ja ik hou ervan om dat soort documentaires te bekijken, maar ik had een documentaire bekeken van allerlei Afrikaanse dictators en wat bleek is dat ze allemaal geplaatst waren door de Europese kolonie. Het is bijna een soort van in scène gezet om die systemen zo te creëren, zodat eigenlijk de landen die die koloniën bezaten, dat zij daar nog van kunnen genieten.

Björn: Ja en dat opschrijven ze ook.

Marian: Ja dus daarom denk ik, ja ja ja. Ander ga ik een hele geschiedenisverhaal houden, omdat ik van geschiedenissen hou. Maar, ik denk dat echt de invloed van kolonialisme en kapitalisme, maakt dat die systemen… Maar als je kijkt naar wat er gebeurt, ik was laatst in Amerika en ik maak me echt zorgen. Ik zie gewoon een systeem eigenlijk, in het Engels zeggen ze crumblen. Dus je ziet gewoon, je ziet het door de straten, je ziet het door de mensen, je ziet het al, je hoeft maar in New York rond te lopen, maar dat kan ook. Ik ben ook naar Nevada geweest. Je ziet gewoon door dat systemen eigenlijk bijna ineen storten door slecht leiderschap, dat dat toch kan kantelen. Maar misschien hebben ze dat ook behandeld.

Björn: Maar wat je benoemd klopt helemaal. Dus ze hebben ook heel veel landen die eigenlijk in kolonialisme zijn veroverd en zijn bezet. Daar zijn verschillen uit ontstaan en dat is gebruikt om te zien wat betekent dat nou voor welvaartscreatie. En daar zie je dus heel veel verschillen en dat zit hem dus inderdaad in hoe instituties worden gevormd en hoe een democratie is ontwikkeld en dat soort dingen. Ze hebben een aantal voorbeelden.

Een voorbeeld dat ze omschreven, dat heel interessant was, was een plaatsje op de grens van Mexico en de Verenigde Staten, die vroeger volledig Mexicaans was. Op een gegeven moment is het letterlijk een plaatsje door de helft, een grens tussen komt.  En dan zie je het ontstaan van enorme verschillen tussen het stukje wat in de VS is geplaatst en wat in Mexico is geplaatst. Terwijl de mensen hetzelfde zijn, ze gedragen zich hetzelfde, ze hebben zelfs, vaak zijn het families die aan de ene kant en aan de andere kant van de grens leven. Maar de welvaartsontwikkeling totaal verschillend is. Dus zelfs ook in dat soort situaties zie je hele interessante verschillen.

Waar ik wel nieuwsgierig naar ben, hoe je daar naar kijkt, is ook wat we daarvan kunnen leren. Want als we naar impactinvesteren kijken, en ook naar sociaal ondernemerschap, dan zijn we heel erg bezig met hoe kunnen we bijdragen aan systeemverandering of hoe kunnen we bijdragen aan meer kansengelijkheid. En ik haal er ook een beetje uit dat we toch best wel vaak gefocust zijn op hele directe impacten. Hebben we een kleine boer in Ethiopië meer inkomen geleverd? Maar eigenlijk haal ik uit die studie dat we ons nog veel sterker kunnen focussen op hoe zorgen we nou dat de basisinstituten en de democratie in zo’n land verbeterd. Maar hoe investeer je daarin en hoe zorg je dat je daar dan ook een model omheen bouwt of van een sociale onderneming of misschien wel een ontwikkelingssamenwerking. Hoe zorgen we dat we daar op gefocust kunnen blijven als sector?

Marian: Wat je eigenlijk zegt is dat het gaat over systeemverandering. Ik kan me nog herinneren dat Kiva, ken jij Kiva? Dat was duidelijk een soort systeemverandering. En het was across the board, het was global. Het was niet alleen maar Nederland, de manier hoe er gefinancierd werd. Waardoor grote groepen mensen toch nog hun bedrijf konden laten groeien. Ik weet nu niet wat er met Kiva… Dat is een heel mooi voorbeeld van een sociale onderneming die een financieel systeem heeft veranderd. Dus er zijn wel mogelijkheden denk ik. En ik denk dat sociaal ondernemers meer zo moeten kijken naar het sociaal ondernemen in plaats van ik ga iets doen in Nieuw-West of ik ga iets doen.

Maar dat betekent dat je ook soms als wat ik al zei soms moet organiseren, van wie doet allemaal hetzelfde. We hebben dat nu gedaan met vrouwen en ondernemerschappen, Code V is ontstaan, banken, ondernemers, waardoor je allerlei systemen… in ieder geval je legt het bloot wat er misgaat, waardoor je dus kan veranderen. En als sociaal ondernemer kan je in dat gat springen om daar producten voor te ontwikkelen. Dat hebben wij gedaan met FEM-START. Het is mogelijk maar het is best moeilijk om het te kunnen doen. Daar zou ik denk ik, daar zouden investeerders het risico, daar zouden ze in moeten investeren. Hoe kunnen we ervoor zorgen, dus impact investeerders, om systemen te veranderen in plaats van hoe kan ik ervoor zorgen dat die zo snel mogelijk zijn recurring revenue binnen haalt, zodat ik kan rapporteren aan mijn LP dat het heel goed gaat met dit bedrijf. Ik denk dat dat de visie moet worden van de wereld van impact investeringen als we daar in verandering aan willen brengen, denk ik.

Björn: Dat ben je helemaal mee eens. Je zit ook in het bestuur van een fonds, over impact investeren, maar natuurlijk ook aan de kant van fondsen en filantropie, rekenen we vaak in zoveel euro’s per deelnemer of zoveel euro’s per resultaat. Denk je dat daar ook kansen zitten om ook aan die kant, want misschien is systeemverandering, zeker heel vroeg, het bouwen van zo’n netwerk is heel moeilijk te financieren, ook heel moeilijk om weer geld aan terug te verdienen want het is ook vaak gewoon heel hard werken om die groepen bij elkaar te brengen. Dus soms hebben we misschien wel sponsoren of donateurs nodig om dat te organiseren. Denk je dat daar voldoende animo zit om ook op zo’n manier te kijken, om te kijken naar systeemverandering in plaats van van projecten?

Marian: Ja, er zijn als ik kijk naar culturele sector dan zie ik dat dus de fondsen, cultuurfonds, er is een blockbusterfonds, dus daar zijn meerdere fondsen die kijken dan naar grotere problemen binnen de culturele sector dan alleen maar een culturele instelling, geld doneren aan een culturele instelling. Dus daar is het al redelijk georganiseerd. Waar het minder goed georganiseerd is, of waar ik het niet heb gezien is met name in de social impact kant van de fondsen. Het is of je doneert aan een klein clubje of je wordt een VZ. Maar er is geen plek waar men gezamenlijk bij elkaar is gekomen om te zeggen we willen dit, we zien dit, er is een schuldprobleem, we willen dit veranderen, we gaan ook een blockbusterfonds creëren voor dat probleem in Nederland. Ik houd het alvast bij Nederland, ik houd het klein. En dat zie je ook niet op global level, terwijl je op cultureel, als je naar culturele fondsen kijkt, dan misschien omdat ze ook langer bestaan, is dat veel beter georganiseerd. De gesprekken worden gevoerd op internationaal niveau.

Je ziet nu dat ook als je kijkt naar de culturele sector, er wordt minder geld ingeïnvesteerd, dat de fondsen daar dus hun plek gaan innemen om daarin te investeren, om die systemen toch een beetje te doorbreken, want anders komt er een groot gat in die culturele sector.

Björn: Ja, ik zie eigenlijk een rode draad in ons gesprek vandaag, he Marian? Ondernemers moeten zich meer organiseren en verenigen, maar eigenlijk ook aan de fondsen- en investeerderskant, juist om gezamenlijk meer die stappen te kunnen zetten. Interessant om te horen of ze daar veel van kunnen leren in de cultuursector aan de fondsenkant.

Marian: Ik denk het wel, ja.

Björn: Leuk!

De impactagenda

Björn: We gaan verder met de impactagenda. Er staan aan onze kant weer een aantal dingen op de agenda. We hebben op 4 november de dag van de stad. En op 7 november is altijd het jaarlijkse Impact Fest in Den Haag, georganiseerd door Impact City Den Haag. Extra leuk omdat wij zes jaar geleden daar ons lanceringsfeestje van Social Finance NL. Op 12 november organiseert ABN AMRO samen met Circl de workshop Talent voor de toekomst, over hoe je ruimte kan maken voor mensen met een beperking in je organisatie. En op 13 november organiseert Impact Investor hun jaarlijkse conferentie over impactinvesteren in Rijswijk. Dus we hebben weer een volle agenda.

Marian: Heel vol.

Björn: Staan er bij jou nog dingen op de agenda?

Marian: Nou ja, ik heb het zo druk dus in de maand november ga ik niet veel naar buiten. Maar wat wij wel hebben is, wij organiseren een event in januari, op 24 januari. Maar wij moeten zich nu al inschrijven, omdat we een pot van 125.000 euro investeringsgeld hebben. Daar kunnen vrouwelijke ondernemers zich op inschrijven. Het event heet hercapitalconnection.nl. Het is niet alleen maar voor vrouwelijke ondernemers. Er worden ook workshops verzorgd voor angel investors. Dus het geld wordt beschikbaar gesteld door angel investors, omdat wij vorig jaar het thema venture capital hebben behandeld, maar nu willen we het thema angel investing behandelen, omdat die niet echt zichtbaar zijn in Nederland. Waar je in Amerika heel gemakkelijk een angel investor kan vinden op een website, is dat best moeilijk in Nederland. Terwijl vrouwelijke ondernemers heel erg afhankelijk zijn van angel investing geld.

Björn: Ja, super. Vrouwelijke ondernemers mogen zich melden?

Marian: Ja, deadline is 2 december. Dus vandaar dat ik het nu al bekend maak.

Björn. Heel goed, dank je wel. Leuk, en angel investors mogen zich ook melden voor het evenement.

Marian: Zeker.

Björn: Leuk. En zijn er nog andere ontwikkelingen die jij de komende tijd in de gaten gaat houden in de impactsector?

Marian: Ja, de Code V, is jullie wel bekend, he? Vrouwelijke ondernemerschap, werkend aan de funding gap dichten. Op 11 november worden er een aantal interventies gepresenteerd waaronder ook de FEM-START interventie. We hebben een interventie, de Rabobank gaat het presenteren. We hebben samen met de Rabobank een aantal vrouwen getraind om eigenlijk te leren hoe ze investering op moeten halen. We zagen daar, en dat is heel mooi om te zien, dat één onderneemster die had heel weinig geld, ik kan niet zeggen hoeveel. En die zei dat hij heel weinig geld had. En nu heeft ze geld opgehaald. Het is een klein bedrag, 50.000 euro, maar het is wel mooi om te zien… hoe educatie ervoor kan zorgen dat vrouwen geld ophalen. Vaak onderschat met kennis en denkt men, ja iemand moet gaan netwerken, ze moeten er meer op uit. Maarja, ze zijn druk, ze hebben een bedrijf. Ze moeten gewoon geleerd worden hoe ze geld op moeten halen. Die interventie wordt op 11 november gepresenteerd.

Björn: We houden de Code-V in de gaten en dan gaan we het langs zien komen. Wat natuurlijk de komende periode speelt, en ik wil me er niet te druk op maken, maar ik doe het ziekom toch, is dat volgende week gaan ze in de Verenigde Staten naar de stembus. En wat daaruit gaat komen, ga ik in ieder geval ook nauwlettend in de gaten houden. We gaan het afwachten. En daar sluiten we deze aflevering mee af.

Money Matters, de impact achter het nieuws. Heb je een vraag over het nieuws of heb je een tip voor de redactie? Mail ons dan via info@socfin.nl of stuur ons een berichtje via LinkedIn of Instagram. Dank voor je bijdrage Marian.

Marian: Graag gedaan.

Afsluiting en dankwoord

Björn: Dank voor de productie van Daniel van de Poppe van Spraakmaker Media, de redactie Xiangxia van den Ham van Social Finance NL en Egidio Bundel inhoudelijk partner Circl ABN AMRO en onze kennispartners Vriendenloterij en het Oranje Fonds. Zit je nu te luisteren en vond je dit een leuke aflevering? Abonneer je dan op Money Matters via Spotify, Apple Podcasts of je favoriete podcast app en geef ons een review.

Over twee weken zijn we weer bij je terug met het laatste impactnieuws. Tot dan!